Voorbeeld afloscapaciteit in budgetplan en VTLB

De afloscapaciteit wordt in het algemeen bepaald door van de Inkomsten, zoals salaris/uitkering, de vaste lassten, kosten van leefgeld en de reservering onvoorzien af te trekken. Dat werkt bij cliënten zonder toeslagen goed. Deze uitleg dient vooral om na te gaan of er sprake is van problematische schulden Is er sprake van een laag salaris/uitkering waar al snel sprake is van toeslagen gaat de rekensom "Afloscapaciteit = Inkomsten -/- uitgaven" niet op. Hier gooien toeslagen en andere inkomensondersteunende maatregelen roet in het eten en zou je feitelijk de afloscapaciteit dienen te bepalen op basis van het Vrij Te Laten Bedrag.

Aan de hand van onderstaand (en vereenvoudigd) fictief voorbeeld wordt dit uitgelegd:

    Berekening volgens budgetpplanX   Berekening volgens VTLB
Inkomsten            
  Salaris/uitkering € 985     € 985  
  Huurtoeslag € 400        
  Zorgtoeslag € 99        
  Kinderbijslag € 202        
  Totaal
€ 1,686

€ 985
Uitgaven            
  Huur € -650     € -211  
  Zorgverzekering € -120     € -40  
  Eigen Risico Zorgverzekering € -32     € -32  
  Overige vaste lasten € -352     € -352  
  Leefgeld € -300     € -300  
  Reservering onvoorzien € -50        
  Totaal
€ -1,462

€ -935
Afloscapaciteit  
€ 236

€ 50



Uitleg

De afloscapaciteit wordt bij de gemeentelijke schuldhulpverlening op een andere manier bepaald. Dat gebeurt door het berekenen van het Vrij Te Laten Bedrag (VTLB).

Bij het bepalen van het VTLB wordt er geen rekening gehouden met toeslagen die worden uitgekeerd om bepaalde vaste kosten te verlagen. In dit voorbeeld compenseren huur- en zorgtoeslag de kosten vanhuur en zieketekostenverzekering. In het VTLB (in dit voorbeeld beperkt tot de twee vermelde toeslagen) wordt gerekend met een normhuur en een normziektekostenverzekering. In dit voorbeeld respectievelijk € 211 en € 40. Er wordt geen rekening gehouden met de werkelijke situatie van deze uitgaven en toeslagen.

Verder wordt er in dit voorbeeld bij de berkening van het VTLB geen rekening gehouden bij de inkomsten met de Kinderbijslag. Dit wordt niet als inkomen gezien en telt daarom niet mee bij het vaststellen van het Vrij Te Laten Bedrag.

Effect is dus dat volgens het budgetplan de afloscapaciteit € 182 bedraag terwijl dit op grond van het VTLB slechts € 50 is. Bedraagt de achterstand en schuld dus in dit geval meer dan € 1800 (3 jaar * 12 maanden * € 50) dan is er sprake van een problematische schuld.